Column over diversiteit in het theater, maar ook over haarzelf: 'Ik vind hetero's een beetje vies'. Foto's: Janita Sassen.

Column XL Romana Vrede

Romana stuurde ons een bericht over haar eerste column: 'Het is meer tekst dan afgesproken, maar ik hecht nogal aan wat ik te zeggen heb, mag het langer zijn?' Dat mocht. Vandaar deze column XL die in ons nieuwste nummer staat dat vandaag uitkomt.

Misschien herinneren sommigen zich nog Daria, de populaire animatieserie die eind jaren negentig door MTV werd uitgezonden. Bij het schrijven van deze eerste column, moest ik steeds weer terugdenken aan één specifieke scène uit die serie. Eentje waar de twee enige personages met een niet-witte kleur, Jodie Abigail Landon en haar vriendje Mack Mackenzie, bovenop een praalwagen staan als homecoming king en queen.

Jodie: ‘Isn’t it great how they keep electing us homecoming king and queen every year.’
Mack, met de nodige ironie: ‘Yes it’s such a generous and enlightened gesture. It completely makes up for the towns utter lack of diversity in my mind.’
Jodie: ‘And we’re playing into it. This is so humiliating. Why play into this stupid charade anymore than we have to?’

In eerste instantie wilde ik in deze eerste column een mooi verhaal vertellen over representatie. Dat zou bovenal een redelijk verhaal worden. Een verhaal waarin ik laat zien hoe op elke vorm van discriminatie met opperste beschaafdheid te reageren. Eentje waarin ik geduld laat zien en begrijp dat een omslag in denken tijd kost. Een verhaal met hier en daar een grap, vooral over mezelf, omdat het van flexibiliteit getuigt als je om jezelf kunt lachen. Een verhaal waarin ik in alle rust de voordelen van diversiteit uit de doeken doe.
Kalm en gecontroleerd zou ik hier opschrijven dat ik het de jongere generatie acteurs, makers, theaterdirecteuren, zakelijke leiders, hoofden marketing en technici met een biculturele achtergrond na mij gun om meer voorbeelden te hebben waar ze op lijken. En dat mijn sector bij diversiteit gebaat is. Dat het veel zal toevoegen, niet alleen in het theater, maar overal.

Eerlijk verhaal
Maar de woorden van Jodie Landon zijn inmiddels twee decennia oud en nog steeds pijnlijk actueel. Nog steeds zijn haar woorden en haar frustraties, de frustraties van heel veel mensen met een niet witte kleur in een publieke functie. Voor dat mooie en redelijke verhaal over representatie ben ik nu simpelweg te fokking moe.
In plaats daarvan zal ik dus een eerlijk verhaal vertellen.
Eerlijk: ik draai vaak met mijn ogen en klem mijn tanden op elkaar. Ik schud mijn hoofd in ongeloof om het tempo waarop onze maatschappij diversiteit accepteert. Om het tempo waarop de culturele sector diversiteit representeert. Ik ben klaar met al het ongemak en fragiliteit van het onderwerp.
Nog eerlijker: series waarbij de hele cast wit is, boeien me werkelijk voor geen meter. Vraag me trouwens ook niet meer voor een rolletje, enkel en alleen omdat je cast dan tenminste niet compléét wit is. Mijn carrière is niet jouw excuus om een quota te halen.
Als ik dan toch bezig ben: series met zwarte hoofdfiguren vind ik leuker en beter. I love Luther because Luther is black!
Het is inmiddels ook weleens genoeg geweest met al die heteroseksuele witteliefdesplotjes op mijn scherm. Het enige wat ik dan nog wil doen, is vermoeid zuchten. En binnensmonds schelden. Ik zal eerlijk zijn. Ik vind hetero’s een beetje vies.
Ik ben niet heteroseksueel. Ik ben niet wit. Ik voel me thuis bij mensen die queer zijn. Ja. Het is fijn om omgeven te zijn door mensen die op je lijken.
Nu ik hier trouwens toch het woord heb, maak ik gelijk even van de gelegenheid gebruik om een kolossale irritatie aan te kaarten: wanneer we elkaar na mijn voorstelling zien, knijp niet in mijn wang, aai me niet over mijn bol en zeg niet dat je trots op me bent. Patronizing. Ik ben niet jouw politieke statement.
Ik wil niet zeggen dat er niets goed gaat. Heel wat witte mensen willen meer representatie. Dat is goed en vooral noodzakelijk. Maar als je meer diversiteit wil, make some fokking room vooral in die toonaangevende beleidsfuncties. Be careful and care.

3 tips voor bereidwilligen
Vanuit mijn professie als acteur heb ik wel enkele tips voor de bereidwilligen.
1. Vraag niet steeds aan een zwarte acteur of zij grapjes kan maken over zwart zijn of haar zwart zijn na kan doen. ‘Je moet wel om jezelf kunnen lachen.’
2. Vraag ook niet of hij/zij de scène met een Surinaams accent kan doen. En al zeker niet als het personage uit fokking Rusland komt en jullie een Tsjechov aan het repeteren zijn.
3. Zeg ook geen bekrompen shit als: ‘Je hebt een luie motoriek.’ Toen ik een keer tijdens mijn stage zei dat Hamlet mijn droomrol was, lachte mijn collega hardop. ‘Hahaha,’ zijn hoofd achter in zijn nek gooiend, ‘als jij Hamlet gaat spelen, dan bedoelt de regisseur daar écht iets mee!’
Ik hoor weleens dat ik weinig van mijn kwetsbaarheid laat zien. Het is typisch iets voor witte mensen om niet door te hebben wat een geprivilegieerde opmerking dat eigenlijk is. Kwetsbaarheid toelaten is een privilege, dat ik nog niet verworven heb. Een groot deel van mijn gedrag wordt bepaald door de situaties en de omgeving waarin ik verkeer. Ik gedraag me enthousiast om de omstanders te laten smelten. Sterk, om niet omver geduwd te worden. Stil, om niet op te vallen. Een sterk staaltje dagelijkse code switching. Moet ik daar bovenop ook kwetsbaar zijn voor iemand die niet doorheeft wat die kwetsbaarheid precies inhoudt? Je kan niet kwetsbaar zijn als je ook op je hoede moet zijn. Op je hoede voor een racistische opmerking. Voor een aai over je bol. Voor een stereotyperende vergelijking. Voor een beledigende grap.
Net zoals Jodie Landon, vertegenwoordig ik echter meer dan mezelf. Ik ben een positieve ontwikkeling. Dat is helemaal geen eer, dat is een ongelooflijk afstandelijke en onpersoonlijke positie.

Ik houd mijn kroon recht
Die ene scène met Jodie en Mack eindigt met beelden waar een jong zwart meisje met stralende ogen opkijkt naar Jodie. Jodie die een briljante student is maar als ‘diversiteitsexcuus’ op de praalwagen gezet werd. Jodie twijfelt even, maar zwaait dan naar het meisje en besluit de rol van homecoming queen dan toch maar met overgave te spelen.
‘What happened?’ vraagt Mack.
‘Awh, what the hell. We may be tokens but we’re damn good-looking ones,’ antwoordt Jodie.
Ik ben moe. Soms kapot. Maar ik weet ook dat me als een van de weinige zwarte actrices geen keuze rest dan deze rol te spelen. Ik speel de rol van het symbool met verve. Ik zwaai met mijn scepter en houd mijn kroon recht voor al die jonge zwarte meisjes en vrouwen die een levend beeld nodig hebben waar ze zichzelf mee kunnen vergelijken of tegen afzetten. Een token of niet, at least I’m a damn good-looking one.