Hans van Manen

De meester en de muze: veertig jaar hechte vriendschap

Het is dubbel feest bij Het Nationale Ballet: meesterchoreograaf Hans van Manen wordt 85 en een van zijn grootste muzen, Rachel Beaujean, viert dat ze veertig jaar aan het gezelschap verbonden is. Van Manen: ‘Ik viel op haar. Punt!’ Beaujean: ‘Eigenlijk wilde hij met mij trouwen.’

[artikel uit Scènes mei 2017, tekst Astrid van Leeuwen, foto's Janita Sassen]

‘Nou ja zeg! Schrijf dat maar op’, zegt Hans van Manen schalks tijdens de fotosessie na afloop van ons interview. ‘Als ze met mij op de foto moet, doet ze haar schoenen uit. En dat terwijl ik op lange wijven val.’ Hans van Manen en Rachel Beaujean leerden elkaar op de kop af veertig jaar geleden kennen. Zij was net 18, kwam vers van school en mede door haar lengte viel ze hem meteen op. Van Manen: ‘Ik zag haar in een les en dacht: wat een leuke meid, die moet ik in 5 Tango’s (het meesterwerk dat hij kort daarop maakte, red.) hebben.’ Beaujean: ‘Ik keek heel erg tegen Hans op. Als balletstudent staat iemand van zijn statuur zó ver van je vandaan, maar bij onze eerste ontmoeting voelde hij meteen al heel dichtbij.’ Dat ze als nieuwkomer in de eerste cast van 5 Tango’s belandde, was natuurlijk too good to be true, maar Beaujean heeft het wel geweten. ‘Er zat een pasje in dat ballet, een contretemps, dat ik maar niet onder de knie kreeg. Hans liet me het keer op keer doen. De andere dansers gingen zelfs aan de kant zitten en ik raakte zo opgefokt dat ik niet eens normaal meer kon lopen. Ik dacht: ga ik huilen of verbijt ik mijn tranen? Ik koos voor het laatste.’ Van Manen: ‘’s Avonds belde ik haar op: “Je vond het toch niet erg hè.” Ik wist hoe drammerig ik was geweest, maar ik dacht ook: als ze het kan hebben, dan is het een prima meid.’ Beaujean: ‘Intuïtief voelde ik wel dat het een goed teken was dat hij het me zo moeilijk had gemaakt.’ Van Manen: ‘Sinds die dag is het altijd dik in orde geweest tussen ons’. Beaujean, nu 57: ‘Veertig jaar vriendschap zonder ooit een kink in de kabel.’

Water en brood Na 5 Tango’s wist Beaujean alle ogen op zich te vestigen in Van Manens Pianovariaties, met als hoogtepunt het uitdagende, bitterzoete tweede deel – Sarcasmen – dat zij samen met eerste solist Clint Farha danste en dat in no time een wereldhit werd. Berucht is de scène waarbij Beaujean een hand op het kruis van Farha legt. ‘Sarcasmen groeide uit tot een rode draad in mijn carrière’, zegt ze. ‘Clint en ik hebben het letterlijk honderden keren gedanst, na de première werd ik tot tweede soliste bevorderd en het was in 1997 ook het ballet waarmee ik afscheid van het danspodium nam.’ Voor Van Manen was Sarcasmen de bevestiging dat een nieuwe Van Manen-muze geboren was. ‘Van tevoren denk je: dat kan zij vast. Nou, dat bleek ook wel. Het repetitieproces liep op rolletjes.’ Beaujean: ‘Het hele duet is in acht dagen tijd gemaakt.’ Van Manen: ‘Rachel had niet de extreem hoge benen die dansers tegenwoordig hebben, ze was geen virtuoos. Maar dat interesseerde me niet. Ze had een techniek waarmee je alle kanten op kunt. En daarbij was – en is – ze buitengewoon sexy.’ Elke muze die hij door de jaren heen gehad heeft, heeft, beaamt de meesterchoreograaf, haar eigen kwaliteiten. Waar Fiona Lummis verblufte door haar majestueuze voorkomen, Sol León het mysterie belichaamde en Igone de Jongh de koningin van de onderkoelde emotie is, kenmerkte Beaujean zich als Van Manen-danseres vooral door het ondeugende, het uitdagende, het geile. Van Manen: ‘Wat ik het leukst aan haar vond? Dat kan ik niet zeggen. Ik viel op haar. Punt!’ Beaujean: ‘Er was zeker sprake van een soort verliefdheid.’ Lachend: ‘Hans zei weleens dat hij, als hij heteroseksueel was geweest, beslist met me getrouwd zou zijn.’ Na de Pianovariaties volgden meer creaties en hoofdrollen in Van Manen-topstukken als Grosse Fuge, Adagio Hammerklavier, Four Schumann Pieces. Ook stond Beaujean vaak model toen Van Manen met de fotografie een nieuw aspect van zijn talent aanboorde. Maar in 1987, een klein jaar na de opening van Het Muziektheater Amsterdam, besloot de maestro van de ene op de andere dag Het Nationale Ballet te verlaten, uit onvrede over de manier waarop met hem en zijn balletten werd omgesprongen. Beaujean: ‘Ik was compleet in shock. Mijn mentor ging weg. Mijn water en brood. Toen hij het jaar daarop bij het Nederlands Dans Theater in dienst trad, heb ik zelfs nog auditie gedaan. Uiteindelijk besloot ik toch mijn eigen pad te kiezen, maar ik heb mijzelf daarvoor wel echt moeten hergroeperen en opnieuw moeten uitvinden.’ Van Manen: ‘Pas achteraf besef ik hoe belangrijk het voor mij is geweest dat ik door de jaren heen diverse keren op en neer ben verhuisd tussen het Nederlands Dans Theater en Het Nationale Ballet. Die afwisseling heeft een enorme invloed op mijn vocabulaire gehad. Onlangs moest ik daar op een Picasso-tentoonstelling nog weer aan denken: ook bij hem zie je die volstrekt logische overgang tussen verschillende fases in zijn carrière.’ Maar was het dan niet pijnlijk om zijn op dat moment belangrijkste muze te verlaten? ‘Nee hoor, als het slecht met Rachels carrière gegaan was, was dat een ander verhaal geweest, dan had ik mij er zeker tegenaan bemoeid. Maar ik wist gewoon dat ik me over haar totáál geen zorgen hoefde te maken.’ 

Hans van ManenJapans toilet Het interview met de meester en zijn muze vindt plaats in Van Manens nieuwe, ‘high class’-appartement in Amsterdam-Zuid. Van Manen is nog zo vol van de verhuizing dat hij het gesprek regelmatig onderbreekt met verhalen over, bijvoorbeeld, de perfect geluiddempende dubbele beglazing, het ‘kránkzinnig luxe’ Japanse toilet waarvan de klep automatisch opengaat zodra hij de badkamer binnenstapt, zijn ergernissen over Ziggo en de grote hoeveelheid kunstwerken die hij hier kwijt kan, waarvan hij er sommige – van grootheden als Roy Lichtenstein en Robert Mapplethorpe – jaren terug ‘voor een habbekrats’ kocht. Beaujean: ‘Hans heeft niet alleen mijn zelfvertrouwen als danseres enorm vergroot en mij doen inzien dat passen op zich niet belangrijk zijn, dat het gaat om de drift en betekenis die je eraan geeft. Hij heeft op héél véél gebieden mijn blik verruimd. Hoe je een huis inricht, hoe je naar kunst kijkt, hoe je van een paar dagen Parijs écht geniet. In die zin heeft hij een grotere invloed op mij gehad dan andersom.’ Van Manen, sputterend: ‘Dat zeg jij nu wel, maar dat zou ik weleens afgewogen willen zien. Al die balletten waaraan jij hebt bijgedragen, tellen die soms niet mee?’

Oergevoel In 2005 keerde Van Manen terug als vaste choreograaf bij Het Nationale Ballet. Beaujean werd na haar danscarrière balletmeester bij het gezelschap en in 2003 hoofd van de artistieke staf. Ze is, ook in het buitenland, vaak verantwoordelijk voor de instudering van Van Manens choreografieën. ‘Ik kijk naar hoe de werken nú het best gedanst kunnen worden. Ik kijk niet lijdzaam om naar hoe het in mijn tijd was. Hans’ balletten zijn universeel, tijdloos. Ik hoop vooral dat dansers van nu er net zo veel plezier aan beleven als ik destijds.’ Wanneer Van Manen de fotografe binnenlaat, voegt Beaujean er zachtjes aan toe: ‘Wat ik zo fijn vind, is dat Hans, doordat hij zo lang leeft, nu kan oogsten. Kreeg 5 Tango’s bij de première in 1977 van een recensent nog de sneer ‘majazeep’, tegenwoordig worden Hans’ balletten overal, van Moskou tot San Francisco en van Londen tot China, met uitzinnige bravo’s onthaald.’ Waar ze bij het instuderen met name op let? ‘Eén: muzikaliteit. Bij Hans dans je niet óp de muziek, je speelt ermee. De swing is onontbeerlijk. Twee: blikrichting. Dansers zijn bij Hans nooit poppetjes, maar mensen van vlees en bloed, het gaat dus om echt contact maken. En drie: je moet als Van Manen-danser kunnen genieten van je eigen lichaam en sensualiteit. En je moet zin in avontuur hebben. Je hoeft geen fantastische ballerina te zijn, het gaat meer om een soort oergevoel: aards, in de grond, krachtig. Als je alleen maar prachtig bent, werkt het niet. Je moet bij Hans niet naar het publiek toe dansen, maar naar binnen gericht zijn. Het is jóúw verhaal!’

Snotneus Hoe de twee het vinden om in september – tijdens het seizoensopeningsgala van Het Nationale Ballet en in het programma Ode aan de meester – uitgebreid in het zonnetje gezet te worden? Van Manen, schertsend: ‘Een kunstenaar van 85 schijnt iets bijzonders te zijn. Maar als je bedenkt dat we straks allemaal 135 worden, ben je als 85-jarige natuurlijk nog maar een snotneus.’ Dan, serieus: ‘Je bent bijna verplicht om dit soort hommages leuk te vinden. Al die mensen die enorm hun best voor je doen, daar hoor je gewoon blij mee te zijn.’ Beaujean: ‘Ik vind het spannend, want het gevaar is dat ik emotioneel word en dat wil ik beslist niet. Ik hoop dat we het licht en luchtig kunnen houden. Eigenlijk sta ik nooit stil bij het feit dat ik al veertig jaar voor dezelfde werkgever werk. Ik kijk altijd vooruit, dat houdt mij sane. Wat wel betekent dat ik nu al opzie tegen mijn pensioen, officieel over negen jaar. Ik hoop maar dat ik door kan gaan.’ Ook Van Manen gaat door: in 2018 maakt hij weer een nieuw werk voor Het Nationale Ballet. ‘Pas vroeg iemand wat voor ideeën ik daarover heb. De idiotie! Vraag me dat maar twee maanden van tevoren. Je denkt toch niet dat ik daar nu al over nadenk?’ Maar wat hij wel heel goed weet, is waaróm hij doorgaat. ‘Ik voel me nog steeds een danser. Ik hoor in het theater.’